Een beetje geschiedenis!
In de Democratische Republiek Congo hebben 700.000 Congolezen toegang tot het internet. 84% van de Congolezen gebruikt echter het internet op een mobiel apparaat.
Mobiele telefonie werd geïntroduceerd in Bukavu in de jaren 2000 na het ondertekenen van de Sun City-overeenkomst aan het einde van de Inter-Congolese dialoog in Zuid-Afrika.
Congo werd vervolgens verenigd, na 5 jaar van opstand, onder leiding van de Rassemblement Congolais pour la Democratie (RCD) en de geallieerden. Dit conflict, beschreven als “Afrika’s derde wereldoorlog”, zal resulteren in de opdeling van de DRC in twee blokken: het oosten onder controle van de rebellen en het westen onder controle van de centrale regering.
Met de hereniging vestigden de eerste gsm-bedrijven zich in Bukavu, met name de bedrijven Vodacom en Airtel. Merk op dat vóór 2003 het bedrijf Supercell, met het internetsignaal uit Rwanda, de communicatie in de steden Bukavu, Uvira en Goma mogelijk maakte.
Naast mobiele telefonie had Bukavu een aantal cybercafés die werden geëxploiteerd door Indiase economische operatoren (Datco). De aanwezigheid van internationale NGO’s en MONUSCO hebben ook bijgedragen aan de openstelling van de stad Bukavu op het gebied van internet.
Met de komst van de eerste democratische verkiezingen in 2006 namen andere telecommunicatie-investeerders het over, met name het bedrijf Orange.
Momenteel zorgen de gsm-bedrijven Vodacom, Airtel en Orange dat de stad Bukavu en de provincie Zuid-Kivu voorzien worden van het internet.
Ondanks de aanwezigheid van deze bedrijven is de internettoegang nog zeer beperkt. Volgens een onderzoek dat in 2012 onder internetgebruikers is uitgevoerd heeft slechts minder dan 1% van de bevolking toegang tot het internet(van de ongeveer 1 miljoen mensen in de stad Bukavu).
Om deze uitdaging het hoofd te bieden abonneren de meeste internetgebruikers zich op het MTN-netwerk. Dit is een internet provider in Rwanda. De Congolezen vinden dat operationele internetnetwerken op Congolees grondgebied duur zijn en dat de kwaliteit matig is.
Over glasvezel in de DRC:
Volgens het rapport van de parlementaire commissie, betreffende het glasvezelproject dat op 18 mei 2015 aan de Nationale Vergadering voorgelegd is (dit is: aan de Algemene Directie Controle van overheidsopdrachten), is het DORECO-dossier nergens te vinden. De uitvoering van het project is geïnfecteerd, upstream en downstream, met overtredingen die getuigen van de onverschilligheid waarmee er met het glasvezelbeheer werd omgegaan.
Na vele moeilijkheden werd de DRC op 8 juli 2013 aangesloten op de glasvezelkabel. Een ceremonie werd met veel tamtam georganiseerd, door het staatshoofd Joseph Kabila, bij het glasvezelverdeelstation in Moanda, in Bas-Congo.
Het ontstaan van Congo Cable zonder toezicht van het SCPT:
Experts waren van mening dat het beheer van glasvezel niet mag worden overgelaten aan de openbare operator. Overal in Afrika waar glasvezelkabel wordt gerealiseerd zijn het de staatsbedrijven, die verantwoordelijk zijn voor de telecommunicatie, die het beheer voeren. Om het wiel opnieuw uit te vinden, startte de voormalige minister van Telecommunicatie in 2015 een project om een vaag bedrijf op te richten dat de Congolese glasvezel beheert, genaamd “Congo Cable”. Door de waakzaamheid van ex-OCPT-agenten zag het bedrijf nooit het daglicht.
Sinds de aansluiting van de DRC op glasvezel, op 8 juli 2013, is de kwaliteit van de internetdienst dus niet altijd verbeterd. Verantwoordelijkheden moeten worden vastgelegd.
Het internetsignaal blijft een grote uitdaging in de DRC:
De DRC is het vierde meest bevolkte land van Afrika en de bevolking is verspreid over een gebied zo groot als ⅔ van West-Europa. Het is vooral rijk aan mineralen die worden gebruikt bij de vervaardiging van smartphones.
Toch hebben veel burgers moeite om toegang te krijgen tot de basisvoorzieningen zoals adequate gezondheidszorg, schoon water en elektriciteit. Voor hen wordt internettoegang, in juli 2016 door de VN erkend als mensenrecht, als een luxe beschouwd.
De Congolese Post and Telecommunications Regulatory Authority (ARPTC) schat dat slechts 17% van de bevolking toegang heeft tot het internet.
P. Birindwa, een jonge geoloog die werk zoekt, bezoekt het radio-cybercafé Maendeleo Bukavu om toegang te krijgen tot het internet:
“Vergeleken met voorgaande jaren boeken we vooruitgang, want tegenwoordig kunnen we met 1.000 FC gemakkelijk een paar minuten het internet gebruiken, zolang de verbinding stabiel blijft. Vaak kunnen we op het internet komen, maar dan ineens is er geen verbinding meer en deze situatie kan een hele dag duren. Het blijft en is echt een uitdaging. Maar ook een ander voordeel is dat er nu Android-telefoons zijn. Je kunt thuis het internet opgaan, als je gewend bent om regelmatig op social media bezig te zijn. Maar niet iedereen kan zich een Android-telefoon veroorloven, laat staan een computer. Het is ook belangrijk om op te merken dat de kosten hoog zijn. Je kunt 1 GB kopen en dan plotseling valt de verbinding weg. Gedurende deze tijd verloopt je tegoed aan mobiel data. Als op dat moment het echt belangrijk was om verbinding te hebben met het internet, kan het zomaar zijn, dat je b.v. een kans hebt gemist om een baan te krijgen”.
Geconfronteerd met deze uitdagingen, vragen gebruikers van het internet de autoriteiten om de belastingen en andere heffingen die aan telecommunicatiebedrijven worden opgelegd te verlagen. Dit zodat deze op hun beurt de kosten van het internettoegang kunnen verlagen.
Bernardin SEBAHIRE
Media-expert / Bukavu-DRC